Beleidsnieuws

Nood aan hervormingen in duaal leren

Vlaamse Regering

Duaal leren dat leren op de schoolbanken combineert met leren op de werkvloer en in 2019 breed werd uitgerold, heeft zeker in deze tijden van arbeidskrapte een enorm potentieel, ook om beroeps en technisch onderwijs te herwaarderen.

Maar het aantal leerlingen steeg dit schooljaar met amper 500 leerlingen en de kritiek op het systeem houdt aan. De scholen laten weten dat bedrijven afhaken met duaal leren omwille van het rigide systeem, het weinig flexibele opleidingsplan en de logge procedure om erkend te worden als werkplek. De vraag naar een hervorming, waarbij het systeem vooral flexibeler moet zijn, groeit.

Daarnaast zijn er al langer vragen vanuit het onderwijsveld. Veel leerlingen uit het vroegere deeltijds beroepssecundair onderwijs (dbso), die nu ook in de statistieken opgenomen zijn, zijn nog niet arbeidsrijp of arbeidsbereid en zullen op langere termijn uit de boot vallen. Zij hebben wel nood aan onderwijs op de werkvloer, maar met een veel intensievere begeleiding op maat. De integratie van de twee systemen zorgt dan ook voor frustratie bij werkgevers, leerlingen en het onderwijs.

Volgens Vlaams minister van Economie, Werk en Sociale economie, Jo Brouns (CD&V) zijn er 4 keer zoveel bedrijven die een aanbod hebben voor duaal leren dan leerlingen die een werkplek zoeken en om het doel van 10.000 leerlingen te bereiken tegen 2030 lijkt nog moeilijk haalbaar. Hij roept de scholen en bedrijven dan ook op om samen te overleggen hoe er meer duale studierichtingen kunnen opgestart worden waarbij de profielen beter aansluiten op wat de werkgevers zoeken.

Vlaams minister van Onderwijs, Ben Weyts (N-VA), geeft aan dat er inderdaad ruimte moet zijn voor verbetering maar onderlijnt dat er in de 234 vestigingsplaatsen in Vlaanderen al 190 opleidingen worden aangeboden en er naast de ongeveer 3000 huidige leerlingen in duaal leren ook 2000 in de aanloopfase zitten met de bedoeling als finaliteit in te stromen in duaal leren. Hij vindt het belangrijk dat duaal leren een sterk merk wordt en de profielen die erin stappen ook strekken tot voorbeeld voor andere leerlingen, ouders en bedrijven. Daarom liever een trage maar gestage vooruitgang van het systeem met inderdaad een aantal voorwaarden voor bedrijven waaraan ze voor de kwaliteit van de opleidingen moeten voldoen.

Daartegenover zijn er inderdaad knelpunten en heeft de minister aan het Vlaams partnerschap Duaal Leren gevraagd deze in kaart te brengen en deze maand nog een advies met mogelijke oplossingen voor te stellen. Daarnaast werkt ook de Vlaamse Onderwijsraad (VLOR) aan een advies op eigen initiatief waarbij de minister gevraagd heeft dezelfde oefening te maken zoals het Vlaams partnerschap. Tenslotte is minister Weyts met de onderwijsverstrekkers aan tafel geschoven rond hoe de schaalgrootte van duaal leren in hun eigen werking kan opgedreven worden.

Volgens de minister moet een soepelere programmering kunnen, met een oog voor de planlast van de scholen en bedrijven en zijn er vandaag al een aantal verbeterkansen zoals de mogelijkheid voor het verlagen van de uren tijdens een werkplekopleiding. Hij verwijst ook naar de Regionale technologische centra (RTC's) die scholen en bedrijven verbinden en sterker kunnen inzetten op de matching in duaal leren. Maar hij wacht nu de voorgenoemde rapporten rond de knelpunten en de aansluitende adviezen af vooraleer verder over een hervorming te debatteren.

Lees de volledige toelichting van minister Weyts in de Vlaamse commissie van Onderwijs van 09 februari 2023.