Beleidsnieuws

Samenwerkingsakkoord VDAB en het Agentschap Integratie en Inburgering

Logo Vlaams Parlement

Het Agentschap Integratie en Inburgering (AgII) en VDAB hebben een samenwerkingsakkoord ondertekend om nieuwkomers onmiddellijk toe te leiden naar de arbeidsmarkt. Daarbij is het principe dat nieuwkomers aan de start van hun inburgeringstraject (binnen de 2 maanden) verplicht zijn zich in te schrijven bij VDAB. Dat is een belangrijke stap in de verdere uitrol van het Vlaamse inburgeringsbeleid dat op 1 maart 2022 in werking is getreden.

De agentschappen van AgII en VDAB hebben er zich toe verbonden een aantal strategische doelstellingen na te streven: alle arbeidsbekwame personen van buitenlandse herkomst snel en duurzaam aan het werk krijgen, de begeleiding van gezamenlijke klanten optimaal cliëntgericht afstemmen en werkgevers en werkgeversorganisaties sensibiliseren en ondersteunen om hen maximale tewerkstellings- en opleidingskansen te bieden. De overeenkomst bevat afspraken over doorverwijzing, toeleiding, begeleiding, terugkoppeling en samenwerking.

In de Vlaamse commissies voor Binnenlands Bestuur, Gelijke Kansen en Inburgering van 10 januari en Economie, Werk, Sociale Economie van 12 januari gaven de bevoegde ministers, respectievelijk Bart Somers (Open VLD) en Jo Brouns (CD&V) meer toelichting.

Minister Somers: “Dit samenwerkingsakkoord met VDAB is voor mij van uitzonderlijk groot belang. Werk is tenslotte een ongelooflijk belangrijke hefboom naar participatie aan de Vlaamse samenleving, zowel vanuit persoonlijk perspectief als vanuit de maatschappelijke context. Het is belangrijk vanuit persoonlijk perspectief omdat het je een eigen inkomen geeft, een netwerk, zelfvertrouwen, heel veel kansen om Nederlands te oefenen, met mensen in contact te komen, de Vlaamse samenleving te leren kennen en jouw deel te doen in die samenleving. Ook vanuit de maatschappelijke context is het belangrijk, omdat je op die manier bijdraagt aan het samenlevingsmodel en daar ook deel van uitmaakt. Voor mij is dat een ongelooflijk belangrijk onderdeel van het nieuwe inburgeringsbeleid dat we nu voeren.”

Tot nog toe werd niet elke inburgeraar toegeleid naar werk of de VDAB. Het percentage mensen dat bij VDAB terechtkwam bedroeg 17 procent. De trajectbegeleider van het Agentschap Integratie en Inburgering bepaalde of iemand een ‘professioneel’ perspectief had. Deze filter werd jarenlang gebruikt in Vlaanderen. Uit onderzoek blijkt dat bij mensen die verplicht zijn om een inburgering te volgen, tot nu toe, na vijf jaar amper de helft een job heeft.

Hoewel het nog tijd vergt om het akkoord volledig uit te rollen, is alvast sinds de invoering van het decreet op 1 maart reeds 74 procent (5272 mensen) van de inburgeraars ingeschreven bij VDAB. De gemiddelde doorlooptijd tussen het tekenen van het inburgeringscontract en de inschrijving bij de VDAB bedraagt nu 45 dagen (maw binnen de marge van twee maanden). Met meer dan 80 procent van hen die doorgestuurd zijn naar VDAB, zijn er al acties opgestart. Dat gaat o.a. over concrete toeleiding naar werk en beroepsopleiding. Het totaal aantal inschrijvingen in 2022 (verplichte en vrijwillige inburgeraars) bedraagt 9471 nieuwkomers waarvan 3819 inburgeringsplichtigen. Van de totale groep hebben er voorlopig 3106 werk gevonden, van de inburgeringsplichtigen 985 mensen. Rekening houdend met de taalachterstand bij aankomst is dit een mooi resultaat, boven het gemiddelde van het totaal aantal personen met een taalachterstand dat doorstroomt naar werk.

Minister Brouns: “De verplichte inschrijving bij de VDAB vind ik een emanciperende maatregel, werk is absoluut geen straf, je leert taal, je bouwt een netwerk op en werk is nog altijd één van de allerbelangrijkste hefbomen voor een goede integratie. Eén kanttekening: ik vind dat mensen die geen uitkering of leefloon krijgen, niet verplicht kunnen worden om te werken maar dan nog vind ik een inschrijving bij de VDAB belangrijk omwille van de emancipatorische kracht die uitgaat van werk en de cijfers tonen dat ook aan”.

Minister Brouns onderlijnde ook het belang van het VDAB platform ‘Werkplek vrij’ waar werkgevers zich kunnen informeren of en hoe ze een nieuwkomer kunnen aannemen, hoe de procedure verloopt en op welke ondersteuning van de VDAB ze kunnen rekenen. Ze kunnen er ook vacatures publiceren met de hashtag '#werkplekvrij' om expliciet aan te geven dat nieuwkomers welkom zijn. Van de meer dan 11.000 vacatures die er gepubliceerd zijn, staan er nu nog 4.361 open. De meeste betreffen de schoonmaaksector waar de match met veel vaak hoger geschoolde Oekraïners niet altijd klikt. Voor hen onderneemt de VDAB een proactieve campagne naar werkgevers vertrekkend vanuit hun jobaspiraties en competenties in ander sectoren. Daarbij blijven de vaak te hoge taalvereisten een drempel. Nederlands kennen is belangrijk maar vaak niet noodzakelijk van bij de start. De promotie van job- en taalcoaching blijft daarom zeer belangrijk.

De ministers Brouns en Somers verwezen tenslotte naar de zeven proeftuinen die nog lopen tot eind maart, verspreid over de provincies en over grotere en kleinere gemeenten. Een eerste vaststelling is dat de klant nu sneller informatie krijgt over mogelijkheden op de arbeidsmarkt maar er meer nood is aan differentiatie voor verschillende doelgroepen, onder andere voor de niet-digitaalvaardige inburgeraar. Vanuit het organisatieperspectief zetten de agentschappen en de VDAB in op een geïntegreerde samenwerking rond nieuwkomers (zoals een geïntegreerd intakegesprek), op samenwerking met de lokale besturen en op concrete uitwisseling van gegevens en cijfers. Elkaar beter leren kennen resulteert alvast in verhoogde efficiëntie en tijdswinst. Een volledige evaluatie wordt opgeleverd in april.

Lees de volledige toelichting minister Somers en van minister Brouns.