Vooraan

Brusselse arbeidsmarkt

Brupartners

Geoffrey Minne, economist bij de Nationale Bank van België (NBB), gaf op 28 november zijn visie op de Brusselse arbeidsmarkt tijdens een uiteenzetting bij Brupartners, gebaseerd op solide cijfermateriaal. Een overzicht.

In België is de conjunctuur relatief goed voor de arbeidsmarkt: België heeft zich snel herpakt na de coronacrisis, ook al is de dynamiek van het herstel wat aan het verzwakken. Tussen 2013 en 2023 werden er 580.000 nieuwe jobs gecreëerd in België. De werkgelegenheidsgraad is geringer in Brussel dan in België, maar de kloof tussen het Belgische en Brusselse gemiddelde is gedaald van 8% in 2017 tot 6,1% in 2023. De werkloosheid in Brussel is hoger dan in België, maar ook de kloof tussen België en Brussel is gedaald van 7,8% in 2017 tot 5,8% in 2023.

De werkloosheid en inactiviteit in Brussel (20-64 jaar) bedroeg 27%, respectievelijk 8% in 2022. Ter vergelijking : in Vlaanderen is dat 21% en 2%, in Wallonië 29% en 6%, in België 24% en 4% en in de EU 21% en 5%. De werkloosheidsgraad in Brussel bij niet EU-burgers is ook behoorlijk hoger dan bij EU-burgers.

Wat betreft het aanbod aan jobs in de hoofdstad bestaat de top 5 uit de sectoren elektriciteit, gas, stoom en airconditioning, gespecialiseerde en wetenschappelijke activiteiten, horeca, ICT, de bouwsector, transport en opslag. Het tekort aan arbeidskrachten (knelpuntberoepen) heeft volgens Geoffrey Minne te maken met gebrekkige vaardigheden en kennis. Bij die tekorten vallen vooral de termen communicatie, samenwerking, creativiteit, hulp en verzorging, informatievaardigheden.

Inzake masteropleidingen (2017-2018) bieden de volgende studierichtingen de grootste kans op een job in Brussel: toegepaste wetenschappen, administratie en management, recht en criminologie, paramedisch, psychologie en pedagogie. Intergewestelijke arbeidsmobiliteit is volgens de heer Minne één van de oplossingen. Het aantal Brusselaars dat pendelt richting Vlaanderen is tussen 2015 en 2019 met 11.000 gestegen, naar Wallonië met 1.900. Het aantal Vlaamse pendelaars richting Brussel is in de periode 2015-2019 dan weer gedaald met 7.000 eenheden.

De conclusies van Geoffrey Minne zijn dat een positieve attitude voor opleidingen en het leren van talen belangrijk is, dat we moeten inzetten op interregionale arbeidsmobiliteit, dat economische immigratie een antwoord kan zijn op het fenomeen van de knelpuntberoepen, en dat werk moet gemaakt worden van een betere activering van werknemers afkomstig van buiten de EU.

U vindt hier de presentatie van Geoffrey Minne.