De aangekondigde beperking van de werkloosheidsuitkering tot twee jaar voor werkzoekenden jonger dan 55 jaar – een kernmaatregel van de ‘Arizona’-coalitie onder premier De Wever (N-VA) – zal volgens Brulocalis ingrijpende gevolgen hebben voor België, en in het bijzonder voor Brussel.
Hervorming werkloosheidsuitkering zet druk op OCMW’s

Volgens cijfers van Brulocalis, gepubliceerd door de RTBF, ontvangen momenteel 45 000 Brusselaars langer dan twee jaar een uitkering. Naar schatting 60% van hen, oftewel 27 000 personen, zou een beroep moeten doen op het OCMW. Op nationaal niveau wordt de impact nog groter: schattingen van de afdeling Toegepaste Economie van de Université libre de Bruxelles (ULB), Dulbea en de vakbond CSC geven aan dat tussen 89 000 en 91 000 werkzoekenden hun uitkering zullen verliezen. Dit cijfer houdt nog geen rekening met bepaalde samenwonenden of mensen met een minder stabiel arbeidsverleden, wat het totaal aantal getroffen personen verder kan verhogen.
Hoewel sommige werkzoekenden zelfstandig een oplossing vinden, benadrukken experts dat langdurige werkloosheid de re-integratie op de arbeidsmarkt bemoeilijkt. Bovendien betekent een overstap naar het OCMW niet automatisch een recht op een leefloon: wie een samenwonende partner heeft met een netto-inkomen boven 1780 euro, komt vaak niet in aanmerking. Hierdoor dreigen veel huishoudens in financiële problemen te komen.
De impact op de lokale financiën is eveneens aanzienlijk. Gemeenten maken zich zorgen over de financiering van deze extra sociale lasten. In Vorst bijvoorbeeld wordt een toename van 78% in OCMW-cliënten verwacht, terwijl de lokale begroting al onder druk staat. Op nationaal niveau schat de ULB dat ongeveer 30 000 extra personen zich zullen aanmelden bij het OCMW, wat een jaarlijkse kost van 200 miljoen euro met zich meebrengt. De federale regering belooft een gedeeltelijke compensatie, maar de exacte verdeling van deze middelen blijft onduidelijk.
Tegelijkertijd wil de regering de werkloosheidsuitkering in de eerste maanden verhogen, terwijl de uitkering daarna sneller zal dalen en uiteindelijk na twee jaar stopt. Op termijn hoopt de federale overheid hiermee 1,9 miljard euro per jaar te besparen. Volgens Brulocalis, rekening houdend met de extra kosten voor sociale bijstand en de gezondheidszorg, zou de netto besparing eerder rond 675 miljoen euro per jaar liggen.
De RTBF wijst er op dat de impact van de hervorming onzeker blijft: niet alle uitgesloten werkzoekenden zullen een leefloon aanvragen, en sommigen zouden in de ziekteverzekering kunnen belanden. De maatregel zal dus niet alleen gevolgen hebben voor de werklozen zelf, maar ook voor de bredere sociale en economische structuren in België.
Lees hier het artikel van de RTBF.