Het rapport toont aan dat Duaal Leren in het secundair onderwijs gestaag blijft groeien, hoewel de echte balans pas kan worden opgemaakt na de volledige inkanteling van het stelsel Leren & Werken in het stelsel Duaal Leren. De evolutie van deze inkanteling is al zichtbaar in de cijfers: steeds meer leerlingen zijn ingeschreven in Duaal Leren, en het aantal leerlingen in Leren & Werken daalt. Dit toont aan dat leerlingen steeds enthousiaster worden voor praktijkgericht leren in het leertraject dat Duaal Leren hen kan bieden. 

In het schooljaar 2023-2024 vond er, na enkele jaren, een verschuiving plaats in de top 10 van de meest gekozen richtingen. De opleidingen Kinderbegeleider en Kapper-stylist verdwenen uit de top 10, waardoor de richtingen Onthaal, Organisatie en Sales en Restaurant en Keuken hun intrede konden maken. De derdegraads richting Onthaal, Organisatie en Sales werd ook de grootste richting van het schooljaar 2023-2024. Bij alle populaire richtingen is er een stijgend aantal leerlingen, met uitzondering van de opleiding Elektrotechnicus, waar een lichte daling in het leerlingenaantal te zien is ten opzichte van het vorige schooljaar. De verschuivingen in de populaire richtingen tonen aan dat steeds meer jongeren kiezen voor een tweede- of derdegraads richting in Duaal Leren en een zevende jaar zoals bij Kinderbegeleider of Verzorgende/Zorgkundige. 

Een andere interessante verschuiving is zichtbaar in de leeftijd van de leerlingen die kiezen voor Duaal Leren. Steeds meer leerlingen kiezen al voor Duaal Leren vanaf de tweede graad. Hierdoor is er een lichte wijziging in de verhouding tussen minder- en meerderjarigen binnen Duaal Leren: maar liefst  70% van de leerlingen is jonger dan 18 jaar, terwijl 30% ouder is dan 18 jaar.

Tijdens het schooljaar 2023-2024 ondernamen de sectorale partnerschappen verschillende acties om werkgevers te sensibiliseren. Zo behandelen ze de erkenningsaanvragen van verschillende ondernemingen binnen hun sector. Verder staan ze in voor het opvolgen van deze ondernemingen, de mentor(opleiding) en de overeenkomsten. Om het aantal leerwerkplekken verder uit te breiden voerden de partnerschappen verschillende mobiliseringsacties uit, zoals een campagne op sociale media of het bezoeken van ondernemingen. Ondanks deze acties daalde het aantal ondernemingen dat een hernieuwingsaanvraag deed, anderzijds steeg het aantal nieuwe erkenningsaanvragen wel licht. Dit toont aan dat het een uitdaging blijft om ondernemingen aan boord te krijgen en te houden voor Duaal Leren. 

De samenwerkingsovereenkomst tussen het Vlaams departement Werk en Sociale Economie en het Office Francophone de la Formation en Alternance (OFFA) maakt interregionale mobiliteit mogelijk waarbij leerlingen uit het Vlaams gewest, het Brussels hoofdstedelijk gewest en het Waals gewest in het kader van hun alternerende opleiding kunnen leren op een werkplek in een andere regio. De Vlaamse regelgeving maakt het al mogelijk voor ondernemingen gelegen in het Brussels hoofdstedelijk gewest om erkend te worden als leerwerkplek voor alternerend leren, en zo leerlingen uit het Vlaamse onderwijs (ook in het Brussels hoofdstedelijk gewest) te omkaderen. Met deze samenwerkingsovereenkomst maakt men ook andere combinaties mogelijk.

Tenslotte benadrukt het rapport hoe belangrijk het is om, samen met het netwerk van het Vlaams Partnerschap Duaal Leren, verder in te zetten op de uitbouw en ondersteuning van Duaal Leren. Binnen deze evolutie zijn de sectororganisaties onmisbare stakeholders om leerlingen verschillende kansen en groeimogelijkheden te bieden.  

Lees het volledige jaarrapport Vlaams Partnerschap Duaal Leren 2023-2024.