Publicaties en analyse

Memorandum 2024

RGVM

De conclusies van de Brusselse Raad voor Gelijkheid tussen Vrouwen en Mannen (RGVM), op basis van de recente analyse over gendergelijkheid, duiden op een onrustwekkende tendens. De rode draad die erdoorheen loopt toont een alarmerende toename van het aantal situaties van bestaansonzekerheid in Brussel (zo is het aantal personen met OCMW-steun tussen 2010 en 2021 met 65% toegenomen en het aandeel van jongvolwassenen (18-24 jaar) is hierin verdubbeld. In 2020 leefde 1 op de 4 personen in Brussel onder de armoederisicodrempel). Elk thema dat in het Memorandum 2024 wordt behandeld sluit af met aanbevelingen voor beleidsmaatregelen, transversaal of specifiek voor meer kwetsbare bevolkingsgroepen.

De RGVM benadrukt dat maatregelen tegen genderdiscriminatie een absolute noodzaak zijn in alle domeinen waarvoor het Gewest bevoegd is, namelijk werkgelegenheid, huisvesting, gendergerelateerd geweld, mobiliteit, energie en water, en armoedebestrijding, en dat zulke maatregelen een intersectionele aanpak vereisen.

Vrouwen lopen een groter risico om in een situatie van bestaansonzekerheid te belanden dan mannen (en dit nog meer in crisistijden), vooral vrouwen aan het hoofd van éénoudergezinnen. Vaak worden zij geconfronteerd met een problematiek op de kruising van verschillende kwetsbaarheidsfactoren (gender, sociaaleconomische bestaansonzekerheid, afkomst, enz.), met negatieve gevolgen op hun gezondheid, de toegang tot huisvesting, werk en zowat elk aspect van hun leven. Daarom beveelt de RGVM het Gewest aan alleenstaande moeders te beschouwen als een standaarddoelgroep. Maatregelen naar deze groep zouden veel vrouwen ten goede komen. Meer universele maatregelen op basis van geprivilegieerde groepen zouden de personen in een situatie van bestaansonzekerheid, en dus ook éénoudergezinnen, uitsluiten.

Digitale kwetsbaarheid speelt een grote rol in de mogelijkheid op inclusie. Vrouwen krijgen meer te maken met dit probleem als gevolg van gender- en sociale ongelijkheden.

De RGVM pleit voor billijke vertegenwoordiging van vrouwen in het bestuur van ondernemingen om tot een evenwichtige besluitvorming te komen en moedigt de beleidsverantwoordelijken aan dit onderwerp met gendermonitoring en diversiteitsdiagnoses te benaderen.

Een belangrijk punt is de gelijke toegang tot werkgelegenheid, ondernemerschap en opleiding. Financiering van vrouwelijke ondernemers staat op een beduidend lager peil dan voor mannen. Kwalificerende opleidingen zijn theoretisch beschikbaar, maar vrouwen hebben hier minder toegang toe omwille van organisatorische en financiële factoren. Vrouwen zonder kinderen of met kinderopvang, en voldoende budget hebben meer mogelijkheden ter beschikking. Minder vrouwen dan mannen volgen permanente opleidingen.

De RGVM verzoekt om urbanistische maatregelen die op termijn de stad veiliger moeten maken. Ook mobiliteit wordt aangekaart, want het is een belangrijke factor in de toegang naar sociale integratie, opleiding en werk.

Huisvesting is een ander gevoelig punt, want vrouwen, vooral alleenstaand en met kinderen, zijn vaak het slachtoffer van discriminatie. Hierbij komt de factor energie en water, die vaak moeilijker (financieel) toegankelijk is voor vrouwen en minderheidsgroepen. Ook huiselijk geweld en dakloosheid gaan vaak hand in hand. Deze elementen hebben dan weer een impact op gezondheid, en kunnen leiden tot sociaal isolement.

Verder beveelt de RGVM de Brusselse beleidsmakers aan om naar de toekomst toe standvastig te zijn in hun benadering van alle recente crisissen, die een bedreiging vormen voor de rechten van vrouwen en minderheden, en gelijkheid en inclusie kost wat kost te beschermen. Gender mainstreaming zou vanaf het begin moeten worden geïntegreerd in beleidsinitiatieven, met de nodige analyse aan de basis.

Het volledige memorandum is te vinden op de website van de Adviesraad Gelijke Kansen.