“De situatie is het nijpendst in grootsteden zoals Brussel, daarom krijgen die een voorafname op de nieuwe plaatsen”, vertelde de minister aan Bruzz. Het plan van minister Gennez bestaat uit drie assen: meer crèches, meer en beter betaalbare plaatsen, en meer en beter opgeleid personeel. Vanaf dit jaar tot eind 2027 investeert de Vlaamse regering jaarlijks 100 miljoen extra in de sector. In 2028 wordt dat 150 miljoen euro, en in 2029, 200 miljoen euro. 

In de plannen van de minister staat niks over de kind-begeleiderratio (hoeveel kinderen elke begeleider onder zijn of haar hoede neemt), een klassiek onderwerp van discussie. Eind december 2024 waren er 733 vacatures voor kinderbegeleider. De functie is dan ook een knelpuntberoep. De lage lonen en de beperkte doorgroeimogelijkheden zijn minpunten. Minister Gennez wil dan ook nieuwe kinderbegeleiders aantrekken als zij-instromers. 

De beschikbare statistieken tonen aan dat 82,4% van de huidige plaatsen in de kinderopvang inkomensgerelateerd zijn, wat betekent dat de som die de ouders betalen afhangt van hun inkomen. In de praktijk komt dat erop neer dat men minimum 6,47 euro en maximum 35,89 euro per dag en per kind betaalt. 

Sinds januari 2022 lopen in Vlaanderen en Brussel zo’n twaalf proefprojecten waar kinderopvang en kleuterschool naadloos in elkaar overlopen, melden andere media. Dit zijn de projecten van de zogenaamde doorgaande lijn. Een eengemaakt systeem tussen kinderopvang en kleuteronderwijs zou veel van de problemen binnen beide sectoren oplossen, meent Jochen Devlieghere, expert kinderopvang bij de Universiteit Gent.

Momenteel zijn er in Vlaanderen en Brussel 93 260 plaatsen voor baby’s en peuters. Tegen 2034 zouden dat er 29 000 meer moeten zijn als we aan een tewerkstellingsgraad van 80% willen geraken. 

Lees het volledige artikel op de website van Bruzz.